Missie – visie – kwaliteit

Missie
Kortweg is onze missie: Een plek bieden die zo fijn is, dat je er heel graag wilt zijn.

Visie
Fijnste Plek biedt haar bewoners de mogelijkheid een betekenisvol leven te leiden, waarbij de nadruk ligt op veerkracht, eigen regie en aanpassingsvermogen. Er is aandacht voor de mooie kanten van het leven en de bewoners hebben ook de ruimte zich terug te trekken en even te ontsnappen aan alles wat moet. Het is een plek waar het vanzelfsprekend is dat bewoners zichzelf ontwikkelen en waar ze plezier kunnen hebben. Waar ze met anderen wonen en werken, maar waar ze soms ook even alleen kunnen zijn, waar ze uitgedaagd wordt om lekker bezig te zijn, maar ook tijd hebben om te luieren in het eigen appartement of in de tuin.

Kernwaarden
Onze kernwaarden vertellen waar we voor staan en waar we naar streven, gericht op zowel de organisatie als haar medewerkers.

Kernwaarden
• Authenticiteit
• Vrijheid
• Bezieling
• Aandacht
• Professionaliteit
• Verantwoordelijkheid

Persoonlijkheid
• Passie
• Betrokkenheid
• Oplossingsgericht
• Betrouwbaar
• Pragmatisch
• Innovatief

Mensen met een beperking zijn burgers als ieder ander. Zij verdienen dezelfde kansen op een kwalitatief goed bestaan als mensen zonder beperking. Mensen zonder en met een beperking vinden dezelfde zaken belangrijk: gewaardeerd worden om wie je bent, zeggenschap hebben over je leven, verbonden zijn met andere mensen, vrienden hebben, deelhebben aan wat er in je omgeving gebeurt, van betekenis zijn voor anderen, bijdragen aan de samenleving.

Ook mensen met een beperking willen een leven leiden dat past bij hun mogelijkheden, wensen en ambities. Daarbij hebben zij vaak in mindere of meerdere mate zorg en ondersteuning nodig. De directe sociale omgeving vormt veelal een heel belangrijke bron van zorg en ondersteuning. Daar waar de zorg- en ondersteuningsbehoeften de mogelijkheden van het individu en van zijn of haar directe sociale omgeving te boven gaan, komt professionele zorg en ondersteuning in beeld.

Visie op ondersteuning
De ondersteuningsbehoefte kan minimaal zijn. Vaker is deze omvangrijk en richt zich dan op vrijwel alle aspecten van het leven. De beperkingen zijn veelal levenslang en brengen in elke levensfase andere vragen met zich mee. Wij willen een bijdrage leveren aan de kwaliteit van bestaan van de cliënt, aanvullend op de eigen mogelijkheden en de mogelijkheden van hun naasten.

Ons doel is mensen met een beperking te ondersteunen in het zo goed en zo zelfstandig mogelijk vormgeven van hun leven. De individuele ondersteuningsbehoefte en de beoogde kwaliteit van bestaan bepalen de aard, omvang en intensiteit van de zorg en ondersteuning, en de aspecten van het leven waarop deze zich richt. In dialoog met de cliënt en eventuele naasten wordt binnen de grenzen van de wetgeving een aanbod op maat gecreëerd, zoveel mogelijk afgestemd op de individuele vraag.

Visie op kwaliteit
De kwaliteit van de ondersteuning en zorg wordt primair afgemeten aan de mate waarin deze bijdraagt aan de kwaliteit van bestaan van de cliënt. Daarbij wordt gekeken naar alle levensdomeinen. De individuele situatie van de cliënt en de bestaande randvoorwaarden bepalen welke domeinen bij hem of haar specifiek van belang zijn. Dit wordt vastgelegd in het ondersteuningsplan van de cliënt. De mate waarin de gemaakte zorgafspraken gehaald worden, bepaalt de kwaliteit van de zorg en ondersteuning.

Kwaliteitsdomeinen en kwaliteitsthema’s
Om onze visie en missie op een professionele manier vorm te geven, hanteren wij een aantal kwaliteitsdomeinen en thema’s zoals deze gezamenlijk binnen de sector zijn geformuleerd. Deze kwaliteitsdomeinen en thema’s worden concreet gemaakt in het ondersteuningsplan, dat een belangrijke leidraad is in de ondersteuning.

Lichamelijk welbevinden
Lichamelijk welbevinden gaat om het optimaliseren van de gezondheid van de cliënt, en om maatregelen die de gezondheid van de cliënt verbeteren, in stand houden of verslechtering tegengaan. Met de cliënt wordt afgesproken op welke punten hij ondersteund wordt; denk aan (zelf)-verzorging, algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL), eten en drinken, algemene gezondheid en de balans tussen activiteit en voldoende ontspanning, rust en slaap.

Psychisch welbevinden
Psychisch welbevinden betreft thema’s als een positief zelfbeeld hebben, zich thuis voelen in de woonomgeving, werkomgeving en of dagbestedingsomgeving. Belangrijk zijn ook zich begrepen voelen door mensen die voor de cliënt belangrijk zijn en positieve reacties krijgen van anderen. De ondersteuning is erop gericht de beleving van de cliënt van zijn psychisch welbevinden te verbeteren en op maatregelen die het psychisch welbevinden verbeteren, in stand houden of verslechtering tegengaan.

Persoonlijke relaties
Bij persoonlijke relaties gaat het om het opbouwen en onderhouden van relaties met anderen, zowel in aantal als in kwaliteit, en het omgaan met genegenheid en intimiteit. Communicatie is essentieel voor relaties. Dit vraagt om specifieke aandacht en ondersteuning. De behoefte van de cliënt hieraan is doorslaggevend. De ondersteuning is erop gericht om de beleving van de cliënt van het aantal en de kwaliteit van zijn persoonlijke relaties te verbeteren en op maatregelen die dit verbeteren, in stand houden of verslechtering tegengaan.

Deelname aan de samenleving
Het uitgangspunt is om een zo groot mogelijke deelname aan de samenleving mogelijk te maken. Dit houdt in dat de cliënt ondersteund kan worden bij het aanleren van vaardigheden, het in stand houden van werkrelaties, het onderhouden en leggen van contacten met lokale voorzieningen als dienstverlening, club- en buurthuiswerk, kerken, vrijwilligerswerk, winkels in de directe omgeving. De cliënt moet kunnen rekenen op ondersteuning bij het invullen van de gemaakte keuze. De organisatie zal flexibel moeten opereren om de geïndividualiseerde (zorg)doelen van cliënten in het het dagelijks leven mogelijk te maken.

Persoonlijke ontwikkeling
Indien de cliënt daar behoefte aan heeft, wordt ondersteuning geboden bij het zoeken van scholing en mogelijkheden om dingen te leren en ervaringen op te doen, bij het zoeken naar werk of alternatieven daarvoor. De eigen mogelijkheden en kwaliteiten van cliënten worden daarbij benut. De cliënt kan nieuwe dingen ondernemen en zijn eigen creativiteit uiten. De ondersteuning richt zich op het optimaliseren van de ontplooiingsmogelijkheden van de cliënt, zodanig dat dit leidt tot voldoening bij de cliënt.

Materieel welzijn
Bij materieel welzijn gaat het om het optimaliseren van de beleving van de cliënt van zijn materieel welzijn en om het optimaliseren van de sociaaleconomische situatie van de cliënt. Belangrijk hierbij zijn (ondersteuning bij) activiteiten die leiden tot een doelmatig financieel beheer en huisvesting, voor zover de cliënt hier behoefte aan heeft. Inspanningen richten zich op een kwalitatief verantwoorde woonsituatie die voldoet aan bouwkundige en functionele maatstaven en de bereikbaarheid hiervan zoals openbaar vervoer en toegankelijkheid.

Zelfbepaling
Zelfbepaling betekent dat mensen met een beperking het recht hebben om eigen keuzes te maken en hun leven in te vullen op hun eigen persoonlijke wijze, binnen de grenzen van de maatschappelijke aanvaardbaarheid. De ondersteuning richt zich op het optimaliseren van de regie van de cliënt over het eigen leven. Dat betekent onder andere dat cliënten kunnen leren ervaring op te doen met keuzemomenten en inspraak. Hierbij is het belangrijk dat de cliënt inzicht wordt gegeven in zijn of haar keuzemogelijkheden. Dit vanuit de overtuiging dat er – binnen de financiële en maatschappelijke kaders – daadwerkelijk keuzevrijheid bestaat en dat er gerekend kan worden op ondersteuning bij het invullen van de gemaakte keuzes. De organisatie zal flexibel genoeg moeten zijn om de keuzes van cliënten in de praktijk mogelijk te maken.

Belangen
Belangenbehartiging richt zich op het optimaliseren van de beleving van de cliënt van zijn rechten en plichten als burger en als cliënt, en op het nemen van maatregelen die de rechten en de positie van de cliënt versterken. De ondersteuning richt zich op het optimaliseren van de uitoefening van de rechten als burger (zoals stemrecht) en de rechten als cliënt (zoals het recht om te klagen, privacy, kwaliteit van zorg). Daarbij moet zowel voor cliënten als cliëntvertegenwoordigers op de diverse niveaus binnen de woonvoorziening (woongroep, locatie, regio en centraal) medezeggenschap zijn geregeld. Dit is van belang om collectief invloed te kunnen uitoefenen op besluiten in de organisatie die van invloed zijn op de positie van cliënten. Voorwaarde om zelfbepaling en medezeggenschap te kunnen vormgeven is dat cliënten en hun vertegenwoordigers op een voor hen begrijpelijke manier geïnformeerd worden.

Zorgafspraken en ondersteuningsplan
Voor iedere cliënt is een individueel ondersteuningsplan en/of een individueel activiteitenplan beschikbaar dat aansluit op zijn ondersteuningsvragen en dat vanuit het cliëntperspectief concreet geformuleerde doelen bevat. Het ondersteuningsplan en/of activiteitenplan is tot stand gekomen in samenwerking met de cliënt en zo nodig in samenspraak met zijn wettelijke vertegenwoordiger. De voor de cliënt relevante disciplines hebben een zichtbare bijdrage geleverd aan het formuleren van de doelen. Hierbij is aandacht voor de professionele standaarden en is duidelijk welke zorg en ondersteuning een cliënt van de zorgverlener vraagt. Bovendien wordt uit het ondersteuningsplan en/of activiteitenplan duidelijk welke professionele ondersteuning nodig is om deze doelen te halen, wie waarvoor verantwoordelijk is, wanneer evaluatiemomenten nodig zijn en wanneer bijstelling van het ondersteuningsplan en/of activiteitenplan nodig is.

Cliëntveiligheid: fysieke veiligheid, sociale en emotionele veiligheid
Het begrip veiligheid heeft een objectieve en een subjectieve component. De objectieve component heeft betrekking op algemeen geldende veiligheidsaspecten en maatregelen, neergelegd in richtlijnen en calamiteitenplannen op het gebied van bijvoorbeeld medicatie, het gebruik van medische hulpmiddelen, brandveiligheid, communicatie, fouten en (bijna)ongelukken, klachten en seksueel misbruik. Een specifiek aandachtspunt betreft veiligheidsaspecten rondom vrijheidsbeperkende maatregelen.
De subjectieve component heeft betrekking op de ervaren veiligheid, waarin zaken als een gevoel van geborgenheid en een goed verlopende communicatie een rol spelen. Deze ervaren veiligheid uit zich op terreinen als privacy, bejegening, informatie en grensoverschrijdend gedrag. De organisatie draagt er zorg voor dat beide componenten goed zijn geborgd door het hebben, toepassen en continu onderhouden van beleid op deze terreinen.
De uitdaging in de zorg voor mensen met een beperking is een balans vinden tussen de focus op veiligheid en de focus op kwaliteit van leven. In de zorg voor mensen met een beperking zijn de zorgvragen van cliënten verbonden met hun behoefte om op de eigen manier verder te leven – met ruimte voor het dagelijkse, persoonlijke doen en laten, en met de contacten en gebeurtenissen die het leven de moeite waard maken en betekenis geven.

Kwaliteit van medewerkers en organisatie
Deskundig personeel is in staat de gevraagde ondersteuning te bieden aan cliënten en voldoet aan de eisen die aan het werk in de gehandicaptenzorg worden gesteld. Het personeel is in staat – en waar nodig bevoegd – om de in het ondersteuningsplan afgesproken activiteiten adequaat uit te voeren. De organisatie schept hiertoe de voorwaarden, zodat de signalen en behoeften van individuele cliënten tijdig en juist worden geïnterpreteerd en hier op een professionele wijze mee wordt omgegaan; in ieder geval voor wat betreft het sociaal-emotioneel, cognitief en somatisch functioneren. Daarbij moet duidelijk zijn welke eisen worden gesteld aan het handelen, dat medewerkers bevoegd en bekwaam zijn en blijven – zowel qua opleiding, scholing en ervaring als qua attitude en bejegening – en dat getoetst wordt of de medewerkers handelen volgens de richtlijnen/afspraken. 
Indien er sprake is van specifieke doelgroepen, heeft de organisatie in beeld welke aan deze doelgroepen gerelateerde signalen en behoeften men kan verwachten. Personeelsbeleid moet gericht zijn op het binden van medewerkers aan de zorgorganisatie en hun vak. Daarmee wordt ook bijgedragen aan het beheersen van verzuim en verloop. Voor een optimale kwaliteit van de geboden zorg en ondersteuning moeten medewerkers zich ondersteund voelen door deskundigen en management.

Samenhang in zorg en ondersteuning
Bij samenhang in zorg en ondersteuning gaat het om twee aspecten. Het eerste aspect is het waarborgen van continuïteit en het voorkomen van hiaten in de zorg en ondersteuning door het creëren van overlapping. Dit stelt eisen aan de overdracht van gegevens bij gelijktijdige bemoeienis met een cliënt, bijvoorbeeld in het geval van uitwisseling tussen teamleden, tussen wonen en dagbesteding of tussen het team van de woning en consulenten van binnen of buiten de eigen organisatie. Dit geldt ook voor overdracht van gegevens als de cliënt naar een andere locatie of zorgaanbieder gaat. Een goede communicatie is nodig rondom de coördinatie van de ondersteuning. 
Het tweede aspect betreft het belang van cliënten om hun dagelijkse ondersteuning zoveel mogelijk te ontvangen vanuit een kleine kring van bekende medewerkers. Het personeelsbeleid is er daarom op gericht personeelswisselingen door ziekte, verloop en tijdelijke overplaatsingen te voorkomen.

Ondersteuning/Methodiek
Voor de kwaliteit van zorg wordt gekeken naar de acht domeinen van Schalock en Verdugo (Schalock en Verdugo, 2002), voor zorg- en ondersteuning.

neem contact met ons op